De kuikens

Ter herinnering: We hadden twee broedse kippen, met twee weken tijd verschil. Lichtbruine kip was het eerste. Haar hebben we 6 witte eieren, van de Groninger Meeuw gegeven. Daarvan zijn er 4 uit gekomen. De andere 2 bleken onbevrucht.

Vervolgens werd kip 1 broeds. Haar hebben we 6 eieren van de Welsumer gegeven. Hiervan zijn er 2 doodgegaan tijdens of direct na uit het ei kruipen. Uit twee eieren kwam niets, en het resultaat was dus 2 levende kuikens.

Omdat er zo weinig verschil in leeftijd zat, hebben we lichtbruine kip 2 weken extra bij haar kuikens gehouden, zodat, toen de Welsumer kuikens 8 weken waren, de kloeken tegelijkertijd weer bij de andere volwassen hennen gezet konden worden. En de kuikens hebben we ook bij elkaar gezet, zodat de 7 hennen driekwart ren konden krijgen.

Deze situatie bestond krap een week, toen de twee Groninger Meeuw haantjes (bij dit ras is de verdeling man/vrouw precies 50/50) met elkaar begonnen te vechten. Omdat ze van geen ophouden wisten, en ik weet dat ze door kunnen gaan tot één van beiden dood is, heb ik één apart gezet. Deze heb ik ’s avonds bij de grote hennen in het hok gedaan.

De haantjes zijn erg jong om dit soort gedrag te vertonen, maar we kunnen er niets anders aan doen dan ze scheiden. Helaas zijn ze nog te klein om te slachten. We zullen dus twee groepen moeten houden tot de hanen groot genoeg zijn om geslacht te worden.

En nu maar hopen dat – als bij de Welsumers ook een haan zit – die niet gaat vechten met de Groninger Meeuw haan. Maar over de Welsumers ben ik niet zo zeker, welk geslacht ze hebben. De ene heeft weliswaar een wat langere staart, maar ze hebben allebei een even grote kam. Dat zullen we gewoon moeten afwachten.

Dit bericht is geplaatst in Kippen(hok). Bookmark de permalink.