Deze zomer hebben we het geoogste zachtfruit, dat we niet direct aten, in de vriezer gedaan. Afgelopen maandag heb ik alle bakken uit de vriezer gehaald, en heb ik ze verwerkt. We hebben nu bramenjam, zwarte bessen jam, aalbes/kruisbesjam en aardbei/frambozenjam. Ik had ook nog kersen, maar ik heb geen kersenontpitter, en ik zag even niet hoe ik dat dan moest doen. Dus die heb ik op jenever gezet, om likeur van te maken. De eerder gemaakte kersenlikeur vind ik erg lekker, en ik vond het jammer dat er nog zo weinig van was, dus dit is een onverwachte bonus.
Deze week heb ik ook de zoete aardappel uit de kas gehaald en in de bijkeuken opgeslagen. De witte druivenlikeur is z’n tweede fase in gegaan (jenever eraf, suiker erop).
De appelcider hadden we een week terug ofzo overgeheveld naar een schone fles. Nu kwam er een wit laagje op. Ik heb erover gelezen, maar kom er niet echt uit wat het is. Het zou een soort gist kunnen zijn. Een soort die je niet wilt, maar de smaak klopt dan niet. Want de smaak is zurig. Het zou kunnen dat de azijn vormende bacterie erin is gekomen. Alleen klopt de structuur van het witte laagje dan niet. Ik heb het overgeheveld naar flesjes met een beugeldop. Maar er kwam gas vrij, en ik vertrouw de flesjes niet helemaal, dus heb ik ze maar weer leeg gemaakt in de vers ontsmette kleine jerrycan, met een waterslot erop. Het idee is dat we het een aantal maanden laten staan, en dan zien we wel wat er gebeurt. Weggooien kan altijd nog.
Vandaag is Luc verder gegaan met het pad naar achteren. Hij is tot aan het hek gekomen. Hier is het al breder. Voor extra tegels heeft hij weer een aantal uit de oprit gehaald, en daar van die grindroosters in gedaan.
Ik heb lavendelzaadjes van stengels gehaald. Ik had een bak vol van buren gekregen. Ik wil er lavendelzakjes voor in de kledingkasten van maken.